Tekst vastgelegd door de Bestuurscommissie tijdens haar zitting van 18 maart 1992 en aangevuld tijdens haar zittingen van 15 maart 1995, 20 september 1995, 30 maart 2001, 16 september 2002, 22 september 2005, 25 september 2013, van 25 maart 2015 en 28 september 2016.
1. Ter gelegenheid van het bereiken van het emeritaat door professor Jean-Jacques Symoens richt de Academie in haar schoot een Jean-Jacques en Berthe Symoensfonds op.
2. Het Fonds is samengesteld uit een beginkapitaal dat bestaat uit giften die voor dit doel aan de Academie geschonken werden. Het zal verhoogd worden met de interesten die het kapitaal zal opbrengen, alsook met de eventuele schenkingen en legaten aan de Academie om het Fonds te vergroten.
3. Het Fonds wordt beheerd door de Bestuurscommissie van de Academie die er een aparte boekhouding van houdt.
4. Het Fonds wordt opgericht om met een prijs genaamd „Jean-Jacques en Berthe Symoensprijs voor Tropische Limnologie” een verhandeling van hoge wetenschappelijke waarde te belonen, die onuitgegeven is of gepubliceerd sinds minder dan vier jaar, opgesteld in het Nederlands, het Frans, het Engels of het Spaans, over een onderwerp in verband met de tropische limnologie.
5. De werken van de leden van de Koninklijke Academie voor Overzeese Wetenschappen kunnen niet genieten van de toekenning van de Prijs.
6. De waarde van de Prijs bedraagt 2 500 EUR. Hij zal om de drie jaar toegekend worden en voor het eerst in 1996. De Bestuurscommissie kan alle tien jaar het bedrag en de periodiciteit van de Prijs veranderen en dit voor de eerste maal in 2005.
7. De ingediende verhandelingen moeten op het secretariaat van de Academie toekomen vóór 1 februari van het jaar waarin de Prijs toegekend wordt: zeven papieren en één elektronische versie. Voor kandidaten uit overzeese gebieden (ontwikkelings- en groeilanden) volstaan drie papieren exemplaren en één elektronisch document. De kandidaten zullen een samenvatting van maximum 1 200 woorden bij hun aanvraag voegen evenals een curriculum vitae en een motivatiebrief.
8. De Prijs wordt uitgereikt door de Klasse voor Natuur- en Geneeskundige Wetenschappen op voorstel van een Commissie ad hoc. Deze is als volgt samengesteld:
a. Mevrouw Françoise Symoens;
b. De Vast Secretaris, die er het secretariaat van waarneemt;
c. Drie leden aangewezen door de Klasse voor Natuur- en Geneeskundige Wetenschappen tijdens haar zitting die gehouden wordt in de maand februari die volgt op het neerleggen van de verhandelingen, gekozen uit de gewone, eregewone, geassocieerde en eregeassocieerde leden van de Academie;
d. Een lid aangewezen door de Faculteit van de Wetenschappen van de Vrije Universiteit Brussel;
e. Een lid aangewezen door de Faculteit van de Wetenschappen van de „Université de Mons-Hainaut”.
De Commissie kan eveneens één of twee specialisten aan haar werkzaamheden toevoegen, zelfs van buiten de Academie, indien zij dit nuttig acht gelet op de onderwerpen van de neergelegde verhandelingen.
9. Het verslag van de Commissie ad hoc wordt meegedeeld aan de Klasse voor Natuur- en Geneeskundige Wetenschappen vóór 10 mei die volgt op de samenstelling van deze Commissie.
10. Over de deliberatie van de Commissie wordt niet gecorrespondeerd.
11. De Klasse voor Natuur- en Geneeskundige Wetenschappen wijst de laureaat aan tijdens haar zitting van mei. Deze aanwijzing zal geschieden door stemming met opgeheven hand van de aanwezige gewone, geassocieerde en corresponderende leden van de Klasse. Om aangewezen te worden moet een kandidaat de volstrekte meerderheid van de stemmen te bekomen. Indien geen enkele kandidaat deze meerderheid bekomt na drie achtereenvolgende stemronden, wordt de Prijs niet toegekend en blijft het bedrag dat voorzien werd voor deze toekenning bij het Fonds.
12. De Prijs zal niet kunnen opgesplitst worden.
13. De auteur van het bekroonde werk zal de titel dragen van „Laureaat van de Jean-Jacques en Berthe Symoensprijs voor Tropische Limnologie”.
14. De Academie kan de publicatie door haar zorgen van de bekroonde en nog niet gepubliceerde verhandeling overwegen.
15. Ingeval het vermogen van het Fonds niet meer voldoende groot zou zijn om een prijs van een merkelijke waarde toe te kennen, zal de Bestuurscommissie kunnen besluiten het saldo bij het patrimonium van de Academie te voegen.
Een eventuele beslissing van integratie van het Fonds in het patrimonium van de Academie kan echter niet genomen worden vóór vijftig jaar na zijn oprichting.